Een paar weken geleden – nadat ze in Gereia was gevallen en in Enschede geopereerd – heb ik Stiny beloofd dat we nog éénmaal samen naar het arboretum Poort-Bulten in De Lutte zouden gaan. Als ze weer zover opgeknapt zou zijn, dat ze in de auto kon plaatsnemen, om – als het moest in een rolstoel – een uurtje met elkaar te wandelen over de mooie paden van het arboretum We hebben de laatste acht jaren bijna iedere middag daar gewandeld om de spieren wat soepel te houden, maar ook om te genieten van alles wat er in het arboretum groeit en bloeit. Ze was het met die belofte helemaal en van harte eens, ook al had zij toen de kracht al haast niet meer om dat voor honderd procent te onderstrepen. Maar haar Alzheimerziekte had het al onmogelijk gemaakt om dat op deze wijze te halen en dat zei ik een paar dagen geleden tegen de dokter van Gereia. En die dokter kwam een dag later met een folder van de “Stichting Ambulance Wens”, waarop onze kinderen in actie kwamen, opbelden naar die stichting, afspraken maakten en op donderdag 12 juni j.l. kwamen er tegen tien uur een verpleegkundige ( helemaal uit Vlagtwedde Gr.) en een chauffeur met een speciale ambulance uit Rotterdam bij ons voorrijden. Mijn oudste dochter en ik mochten – na een kopje koffie – mee in de ambulance richting Verpleeghuis Gereia. Daar werd Stiny uiterst voorzichtig maar deskundig vanuit haar bed op de brancard overgebracht en in de ambulance geplaatst. De zusters van Gereia – wel een stuk of acht – hadden ogen als theeschotels van verwondering, want dít hadden zij nog nooit meegemaakt. Heel langzaam reed de chauffeur met ons richting arboretum, waar de toegangspoort al was geopend door het personeel. De brancard werd uit de ambulance getrokken en op vier mooie, stevige wieltjes op het wandelpad gezet en wij begonnen aan onze tocht. Het weer was buitengewoon fraai, de vogels deden hun best om een concert voor Stiny en mij en voor onze kinderen en ook wat kleinkinderen te geven, want we waren inmiddels met twaalf personen. Bij de vijvers bloeiden op dat ogenblik wel duizend orchideeën, bloemen, waar Stiny altijd veel van hield. Ook al was Stiny met haar gesloten ogen niet in staat om écht te kijken, wij hebben allemaal heel diep ervaren, dat zij alles wat we daar aan haar vertelden, dat ze dat méé heeft gekregen. Zij kneep mij of een van de kinderen/kleinkinderen heel hard in de hand als teken, dat ze het helemaal kon volgen! Daarna nog weer een klein rondje en toen kwamen we langs de bank – half schaduw en half zon – waar we haast dagelijks een banaan of een trosje druiven deelden. Kinderen en kleinkinderen trokken zich even terug, de zuster maakte de brancard op goeie hoogte en toen hebben we daar onder de kastanjeboom heel dicht bij elkaar eventjes in stilte elkanders hand vastgehouden. Ik heb haar toen gezegd, dat dit onze laatste gezamenlijk reis naar het arboretum was, dat we op dít plekje vaak naast elkaar hebben gezeten, dat we hier blij zijn geweest met de natuur om ons heen en soms ook wel elkaar een kusje hebben gegeven. “Stiny, bedankt”, heb ik gezegd en nog eenmaal heb ik haar op het voorhoofd gekust. “Vaarwel, Stiny, ga in vrede; nu begint jouw laatste reis, vaarwel!” Daarna zijn we met zijn allen via een mooi stukje van het arboretum naar de ambulance gewandeld; andere aanwezigen vroegen zich af wat die kleine optocht tocht te betekenen had. De chauffeur bracht ons weer naar Gereia, waar weer veel zusters mét de dokter op ons stonden te wachten. Dit was hun éérste contact met de Stichting Ambulance Wens, die moet bestaan van vrije giften en vrijwilligers en die vrijwilligers doen dat ontzettend goed! Ik heb – soms even huilend – heel mooi afscheid van mijn lieve Stiny kunnen nemen!
Bedankt, Stichting Ambulance Wens!
Jan Swennenhuis