Mijn verhaal begint op donderdag 5 juli als Kees en ik elkaar bij mij thuis
ontmoeten. We doen snel een bak koffie en bespreken de zaken die we willen/moeten
doen.
Daarna krijg ik een shirt aan van de stichting (ik blij dat ik een week serieus aan
het Bakkeren ben, het past nèt aan) en dan gaan we met de ambulance op weg naar twee
ziekenhuizen. Van tevoren hebben toestemming gevraagd om promotie posters op gepaste
plaatsen op te hangen om de SAW onder de aandacht te brengen. De ziekenhuizen gingen
daarmee accoord, dus wij aan de slag.
Twee en een half uur later zijn we klaar in de twee ziekenhuizen, dus drinken we op
een SEH van het laatste ziekenhuis een kop koffie en dan begint de reis naar
Normandië, waar we die donderdag avond rond 21:00 uur verwacht worden.
Naar Frankrijk
Met z'n twee in de ambulance gaat de tijd snel en we hebben veel plezier, maar we
hebben ook behoorlijk diepzinnige gesprekken.
Met nu en dan een korte plaspauze, rek- en strek pauze en na de prachtige Pont de
Normandie over de Seine gepasseerd te hebben, zijn we iets na negenen 's avonds
inderdaad op de plek van bestemming. Kees heeft flink doorgereden.
Ferme de Bénédictines
We komen aan op het terrein van een voormalig klooster, Ferme de Bénédictines waar
een heel ontvangstcommitee klaarstaat. Mevrouw, kinderen, aanhang, kleinkinderen +
aanhang, eigenaars van het complex, alles staat zwaaiend klaar! Een korte serenade
met sirene en zwaalicht maakt duidelijk: we zijn veilig aangekomen! En dat het een
beetje regent... Ach.....
De eigenaars (wat een schatten!!) begroeten ons ook alsof ze ons al jaren kennen en
het is hartelijkheid alom. Maar... waar is Meneer, de patient waar het uiteindelijk
om gaat?
De verhalen
Kees kent de man bijna niet terug. Prinsheerlijk zit Meneer namelijk in de
"campingkroeg" met een klein hapje en dan komen - na de kennismaking- bij iedereen
ineens alle verhalen los.
Iedereen vertelt door elkaar en we zien alleen maar glunderende gezichten. We horen
echt alles over de geweldige week, de opluchting toen men als familie besloot dat
thuisblijven straks een prima optie is en een hospice niet hoeft, de slang in de
neus voor sondevoeding niet meer goed zat en in een ziekenhuis vervangen werd, hoe
ze Meneer daar wilden houden tot men het woord Veteraan noemde en hij ineens wel
naar huis kon, dat een tweede röntgenfoto goedkoper was dan de eerste, over de paar
pasjes lopen die meneer had gedaan, hoe hij toch weer een beetje "het leven"
oppakte, de kleine tochtjes die men gemaakt had, maar vooral.. het eigen vertrouwde
leven weer even terugzien in de heerlijke vakantie week. Merken dat je van "gewone
dingen" doen eigenlijk weer heel gelukkig wordt.
Sonja B. spreekt geen Frans
Ondertussen -na even ontspannen gestaan te hebben na 6 uur zitten- wordt door het
echtpaar dat de camping runt het allerlekkerste stokbroodje shoarma èver geserveerd
(Sonja B spreekt geen Frans, dus who cares)! Complimenten van een 100% lekkerbek!
Met smaak genieten Kees en ik van het culinaire hoogstandje, dat daarna met een
kaasplateau en heerlijk vers ijs wordt afgesloten.
Slapen
Na nog een kort samenzijn met de familie besluiten Kees en ik naar onze
slaapgelegenheid te gaan. We willen de familie nog even gewoon met elkaar samen
laten zijn en daar horen wij niet bij, vinden we. Onze slaapplaats is een pas
gebouwde blokhut.
De houten accomodatie (soort trekkershut) met een keukentje, tafels, stoelen,
aankleding, een 1 persoonsbed en een twijfelaar is prima als slaaplaats. En dan
wordt het kiezen, want Kees is 2.05 meter lang. Hij gaat dwars op de twijfelaar en
ik ga in het èèn persoonsbed.
Kees belt even naar huis vanaf z'n twijfelaar. Het past net, maar ligt heerlijk,
zegt 'ie.
We evalueren voor we gaan slapen de dag en vinden dat we schandelijk verwend zijn
door de familie. Na wat gepraat en nieuwe ideeën over andere stichtingzaken komt de
man met de hamer langs. We slapen al snel als rozen. Met af en toe een koe loeiend
op de achtergrond.
's Morgens moeten we lachen om de alleraardigste Pipo en Mammeloe uitstraling die
ons slaaphuis heeft door de dichte gordijntjes. We hebben er echter als twee
prinsjes geslapen!
Vrijdag
Vrijdagochtend gaat de wekker om half zeven. De familie blijkt al druk bezig met
voorbereidingen van ontbijt, dat we samen zouden hebben en het klaarmaken van meneer
en mevrouw voor het vertrek naar Nederland. Ze hebben al vers brood en ander lekkers
gehaald en de koffie geurt al.