Op woensdag 15 april 2020 kregen wij het droevige bericht dat de hersentumor van mijn vader (Age Kamermans, 69 jaar) niet kleiner, maar groter was geworden. Hij heeft nog maar een paar weken te leven, was de prognose van de specialisten. Een vurige wens van Age was om nog één keer naar Zeeland te gaan. Terug naar zijn geboorteplaats waar hij is opgegroeid: Vlissingen. Hij wilde de zee zien en ruiken, over de boulevard lopen en rijden, familie en vrienden ontmoeten. Vanuit zijn woonplaats Barneveld een rit die 2,5 uur zou duren. Op aanraden van het ziekenhuis zou deze rit bij voorkeur per (wens)ambulance worden afgelegd. De enige die nog reed, gedurende deze Corona-crisis, is die van Stichting Ambulance Wens Rotterdam. Al snel kwam ik met ze in contact en we hadden geluk, er was nog een mogelijkheid op zondag 19 april. Ik kon mijn oren bijna niet geloven: “Hoe laat moeten we in Barneveld zijn?”
De ambulance stond zondagochtend al vroeg op de stoep, met twee uiterst vriendelijke en deskundige vrijwilligers die de rit zouden begeleiden. We reden in colonne met achter de ambulance mijn vaders eigen auto en de cabriolet van zijn jongste zoon naar Vlissingen. Speciaal voor ons werd de boulevard opengesteld voor de ambulance en de twee auto’s. Direct aan het begin mocht mijn vader op de brancard naar buiten, waar de frisse zeelucht hem direct een gevoel van thuiskomen gaf. In de stralende lentezon vond hij de kracht voor een korte wandeling met zijn rollator, om vervolgens plaats te nemen in de cabriolet. Ruim een uur en vele fotomomenten later, verlieten we de boulevard weer om naar het ‘familiehuis’ te gaan. Daar heeft mijn vader zijn broers en zusje gezien en de vrienden die nog in Zeeland wonen. Na een rijke maar ook vermoeiende middag keerden we huiswaarts, met op speciaal verzoek nog een kleine omweg via de Deltawerken.
Dankzij de Stichting Ambulance Wens in Rotterdam kijken we dankbaar terug op een onvergetelijk mooie dag. Zij lieten deze laatste wens in vervulling gaan, zelfs in de uitdagende tijden van Corona. Diep respect voor de vrijwilligers die dit nog dagelijks mogelijk maken.
Tekst: David Joost Kamermans
Foto’s: Martijn den Breejen